Het is al ruim 10.000 jaar geleden dat de eerste mensen runderen hebben gedomesticeerd. Een mannelijk rund noemen we een stier en een vrouwelijk rund een koe, een jong rund noemen we een kalfje en een koe die voor het eerst drachtig is noemen we een vaars. Er zijn veel meer koeien dan stieren. Dit komt omdat een koe melk geeft en je hebt met kunstmatige inseminatie maar weinig stieren nodig om voor veel nageslacht te zorgen.
Hoewel er pogingen worden gedaan om oude oerrassen terug te fokken, neemt de diversiteit van de genenpoel van de runderen steeds verder af. Dit betekent dat er veel koeien zijn, maar dat ze bijna allemaal zussen zijn. Dit komt doordat de rundveehouderij doorfokt met een enkele stier met de beste kenmerken voor melkkoeien of vleeskoeien. Zo heeft één stier vaak vele duizenden nakomelingen. Tegenwoordig geven Nederlandse melkkoeien wel 8.000 liter melk per jaar en dat is ruim drie keer zoveel als honderd jaar geleden. Behalve melk en vlees wordt ook de huid van de koe gebruikt om leer van te maken.
In Nederland zijn ongeveer 1,5 miljoen koeien. De meest bekende melkkoeien zijn de Holstein zwartbont (=zwart wit gevlekt) en Holstein roodbont (=rood wit gevlekt), Montbéliarde, een gespierd ras uit oost Frankrijk met een brede kop, en Fries roodbont, een ooit bijna uitgestorven ras. Bekende vleeskoeien zijn Limousin uit Frankrijk. Dit zijn gespierde koeien die vroeger werden gebruikt om kar en ploeg te trekken. Andere vleeskoeien zijn Brandrood, Belgisch Witblauw, Schotse hooglander, met zijn lange horens en lange vacht, en Hereford.
Een rund is een herbivoor en een herkauwer. Dit betekent dat een rund alleen maar groen eet, met name gras, en dit snel doorslikt. Op een later moment gaat hij zijn voedsel herkauwen om het fijn te malen. Om dit te kunnen doen, heeft een koe niet één maag net als de mens, maar wel vier magen. De eerste maag is de pens, daarin wordt het vers geplukte gras verzamelt. Als deze maag vol is, gaat het rund herkauwen en gaat het gras daarna van de pens naar de tweede maag, de netmaag. Vanwaar het voedsel verder gaat naar de derde maag, de boekmaag. In deze maag wordt vocht uit het voedsel gehaald. Tenslotte komt de lebmaag die het voedsel verder verteerd en doorgeeft aan de darmen. Behalve gras krijgen de melkoeien vaak krachtvoer tussen het gras of hooi om de melkproduktie op peil te houden. De koe gaat melk geven na de geboorte van haar kalf. Na de geboorte worden kalfjes vaak snel bij hun moeder weggehaald. Daarna worden de koeien iedere dag gemolken door een machine. Vroeger gebeurde dat nog met de hand door in de uiers te knijpen en met een emmertje op te vangen.
Een koe kan wel 20 jaar oud worden, maar vaak worden koeien als ze een jaar of 6/7 zijn geslacht omdat de melkproduktie dan afneemt. Nadat een koe een jong kalf heeft gekregen kan de koe ongeveer 10 maanden gemolken worden met een goede melkopbrengst. Na 10 maanden zal de koe opnieuw moeten kalveren om de produktie op peil te houden.
Copyright © 2014-2023 Zeg BV Privacy Policy